Getuigenis I
Sedert 8 september 2013 ben ik een Zuster van Liefde geworden en mag ik de naam dragen van de heilige Catharina van Siëna.
Maar laat ik beginnen bij mijn jeugdjaren en het zoeken naar de waarheid van het leven.
Ik woonde in Opwijk (Vlaams Brabant) en ging daar ook naar school. Ik ben de oudste van 3 kinderen.
Al snel leerde ik in het middelbaar dat ik niet mijzelf kon zijn. Ik kreeg thuis een goede opvoeding en leerde de anderen respecteren zoals ze zijn. Maar dat stootte tegen de mentaliteit van de school.
Ik nam het op voor diegenen die werden uitgestoten of gepest, ik leerde dit van mijn moeder. Uiteindelijk werd ikzelf het mikpunt van pesterijen. Dat was in mijn ogen niet het pijnlijkste, wel dat degenen die ik beschermd had en voor wie ik het opgenomen had bijna mijn ergste pesters waren. Van toen af dacht ik bij mijzelf. Mama heeft geen gelijk, het is niet realistisch. Op dat moment draaide heel mijn leven.
Toen stopten de pesterijen en veranderde heel mijn leven en gedrag. Ik keerde mij tegen thuis, werd brutaal en onbeleefd op school en tegen medeleerlingen. Vechten? Ja, als het moest.
Geleidelijk aan was ik iemand geworden waar iedereen naar opkeek en werd ik aanvaard. Ik was ‘gelukkig’. Of misschien toch niet…
Kortom ik leidde een leven zonder God.
En toch was God al die tijd dicht bij mij. Hij heeft mij beschermd tijdens mijn nachtelijk leven. Er zijn vele situaties geweest die slecht konden aflopen. Nu nog dank ik God en mijn beschermengel hiervoor.
De situatie verergerde en mijn ouders zochten naar een oplossing. Zonder dat ik het wist hadden ze mij ingeschreven in de school van de Zusters van Liefde van Kortemark.
Het ergste van al… ik had met zusters te doen. Ik was kwaad en bereidde al een plan voor om er voor te zorgen dat ik zou weggestuurd worden . De vakantie liep ten einde en het schooljaar startte.
En zo begon mijn avontuur.
Ik heb helemaal niet zoveel moeite gehad om mij aan te passen en maakte snel vrienden. Ook de zusters waren erg lief en vriendelijk wat ik niet meteen aanvaardde. Toch moet ik toegeven dat die ochtendwijding door zuster Pascal gegeven mij enorm aansprak en mij zelfs moed gaf. Meer en meer begon ik in de stilte na te denken over mijn leven. En ik geraakte ontmoedigd. Kan God wel zo een manier van leven vergeven? Ik sloot mij aan in een gebedsgroep, leerde het geloof beter kennen en kreeg vele antwoorden op mijn vragen. Zo ontdekte ik ‘JA vergeving van God’ bestaat. Ik nam een nieuwe start in mijn leven.
Al heel snel kwam Gods roepstem. In datzelfde jaar waren er meeleefdagen in het klooster voor jongeren waaraan ik voor de eerste keer deelnam. Persoonlijk vond ik het zwaar maar liet mij onderdompelen in alles wat er op mij afkwam. ’s Nachts dacht ik veel na. Inwendig kwam telkens de roep van Jezus in mij op ‘KOM VOLG MIJ’. Ik ging rechtop zitten in mijn bed en overwoog of dit wel realistisch was. Mijn antwoord? NEEN! Van slapen was amper sprake. Ik dacht na wie ik moest achterlaten … wat het betekent je rijkdom achter te laten. Voor mij was dit al een soort van ja-woord want ik zei wel ‘neen’ maar zat elke keer weer te denken wat en wie ik moest achterlaten. Ook mijn droom om een gezin te stichten viel weg. Ik ben lang blijven tegenspartelen en zweeg als een graf over wat ik ervaren had. Ik luisterde in stilte-momenten voortdurend naar muziek en in de mate van het mogelijke zocht ik zoveel mogelijk het lawaai op.
Uiteindelijk kon ik het niet meer aan. Jezus bleef kloppen. Ik besloot het te vertellen aan zuster Pascal die bij mij op de gang sliep. Er ging zoveel door mijn hoofd. Ik kan mij zelfs heel weinig herinneren hoe ik het zei en hoe de reactie van de zuster was. Wat ik mij wel nog kan herinneren is de vreugde die ik mocht ondervinden. Het was als het ware een last die van mijn schouders viel. Ik vocht er niet meer tegen en liet Jezus werken in mij. Thuis bleef de ommekeer van mijn leven niet onopgemerkt.
Mijn band met Christus verstevigde. Ik pakte dingen helemaal anders aan en wist dat ik er niet meer alleen voor stond.
Onder leiding van een priester groeide ik in het geloof en in mijn roeping, wat niet vanzelf ging.
Maar Jezus en ik deden het samen.
In juni 2010 studeerde ik af en op 15 augustus 2010 trad ik in bij de Zusters van Liefde van Kortemark.
Ik ondervond me opgenomen in de gemeenschap van de zusters waardoor ik mij héél snel mocht thuis voelen. Dit gevoel had ik trouwens al toen ik nog leerling was.
Als postulante mocht ik helpen bij de zorg en de opvoeding van kinderen. Een nieuw apostolaatswerk van de zusters dat net begonnen was. Dit doe ik nog steeds en met veel liefde.
Na 3 jaar onderweg te zijn met de Heer mocht ik mijn tijdelijke geloften uit spreken op 8 september 2013. Toen ik op 15 augustus 2010 mijn intrede deed heb ik nooit gezegd: ‘Ik ga het eens proberen en dan zie ik wel’.
Neen. Ik dacht: ‘Als God het wilt, dan wil ik het ook’.
Ik heb geleerd dat, als je echt gelooft en vertrouwt op de Heer, er wonderen kunnen gebeuren.
Mijn dankbaarheid t.o.v. Jezus kan ik niet beschrijven en het enige dat ik Hem kan geven is mijn leven.
Met Jezus’ liefde en genade voor ogen zet ik mij graag verder in voor de mensen en kinderen die Hij op mijn pad zet. Ik probeer zo meer en meer te groeien om een echte Zuster van Liefde te worden zoals God het droomt.